Door op 12 november 2014

OPROEP van PvdA – AFDELINGEN/AFDELINGSBESTUREN:

Laat draagkracht weer bepalend zijn voor hoeveel belasting betaald wordt

Ondergetekenden zijn verontrust, dat een steeds groter deel van de financiering van overheid en verzorgingstaat voor rekening komt van loontrekkers. Dit terwijl het aandeel van beloning voor arbeid in ons BBP afneemt, en tegelijkertijd het aandeel van ondernemingswinst in datzelfde BBP nog meer is toegenomen. De belastingafdracht over die winst is echter zeer sterk afgenomen.

We zijn ons bewust dat de PvdA de afgelopen 2 decennia waarin deze lastenverschuiving van kapitaal naar arbeid zich voltrokken heeft, ook vele jaren in de regering heeft gezeten. Niemand was zich echter van deze trend bewust, de gegevens hierover komen nu pas boven tafel. Onze gedeeltelijke medeverantwoordelijkheid maakt een duidelijke stellingname en snelle tegenmaatregelen echter des te urgenter.

Wij vinden het onacceptabel, dat werknemers en consumenten de overheid en de verzorgingsstaat in stand moeten houden, en dat multinationale ondernemingen, die hier volop van profiteren, nauwelijks een bijdrage leveren. Deze onrechtvaardigheid moet urgent hersteld worden.

Wij zijn evenzeer verontrust door de geringe bijdrage die de zeer rijken leveren aan onze belastingen. Terwijl sinds de financiële crisis de lonen reëel achteruit zijn gegaan, zijn de grote vermogens die vooral uit aandelen bestaan met tenminste 13% per jaar omhoog gegaan. Wij ervaren het als zeer onrechtvaardig dat over deze vermogensinkomsten maar 1,2% belasting betaald hoeft te worden, terwijl arbeid tot 52% wordt belast.

Omdat bezit in Nederland zo geconcentreerd is in weinig handen (de 1,2% miljonairs beschikken over 40% van ons bezit), is deze ongelijke behandeling van inkomen uit kapitaal en arbeid voor ons niet te pruimen.
Wij vinden dat onze partij zich duidelijk uit moet spreken voor het herstellen van het draagkrachtbeginsel in ons belastingstelsel. Dat betekent o.a.:

  • De inkomsten uit de vennootschapsbelasting moeten drastisch omhoog, om de toegenomen ondernemingswinsten te weerspiegelen en om (multinationale) ondernemingen een rechtvaardig aandeel te laten leveren voor het profijt dat zij van overheid en verzorgingsstaat in Nederland hebben.
  • De inkomens uit vermogen moeten progressief worden belast, net als de inkomens uit arbeid. Nu is het nog omgekeerd: het gros van de bevolking, met alleen geld op betaal- en spaarrekeningen, betaalt over tegoeden die niet in waarde zijn toegenomen evenveel belasting als een kleine elite met vooral aandelen die de laatste 6 jaar met gemiddeld 13% per jaar zijn toegenomen. Grotere onrechtvaardigheid is nauwelijks denkbaar.
  • Het aandeel van belastingen naar draagkracht moet sterk toenemen in ons belastingstelsel: de sterkste schouders moeten de zwaarste lasten dragen. Nu is het draagkrachtbeginsel alleen actief in de inkomstenbelasting, en zelfs daar niet overal, dat eenzesde van de belastinginkomsten uitmaakt. De overige belastingen zijn ofwel voor iedereen even hoog of zelfs relatief hoger voor de minst draagkrachtigen.

Met toegenomen progressie in het hele belastingstelsel wordt het gezond maken van de overheidsfinanciën ook een heel ander verhaal: een grotere bijdrage van de draagkrachtigen kan het uitkleden van onze verzorgingsstaat voorkomen, en de middelen verschaffen om laagbetaalde arbeid minder te belasten en zo de werkgelegenheid te bevorderen.

Wij roepen Bewindslieden, Kamerfracties en Partijbestuur op om voor iedereen zichtbaar voor deze agenda te strijden.

Getekend: Aris Blok en Alman Metten

Afdeling Velsen