Wie is: Marlies Havik?

9 januari 2018

In de komende weken presenteren we de kandidaat-raadsleden. Hierbij een interview met onze kandidaat #5: Marlies Havik

 

Wie ben je?

“Marlies Havik, arbeids- en organisatiepsycholoog, 52, moeder van 2 pubers. De afgelopen vier jaar was ik steunfractielid. Als ik iets concreets kan doen om iemand te helpen, als het lukt om iets eerlijker te maken, als ik iets kan verzinnen om dingen makkelijker te doen, daar word ik blij van. En van de momenten dat we allemaal thuis zijn.”

Waarom ben je kandidaat voor de gemeenteraadsverkiezingen? 

“Ik kom op voor iedereen die het moeilijk heeft. Er is veel meer armoede dan iedereen denkt en ik zoek steeds naar iets concreets om te helpen. Laatst heb ik gezorgd dat de kosten voor peuterspeelzalen en crèches ook voor de laagste inkomens omlaag gaan. Mij gaat het om de basis: Werk waarmee je een gezin kan onderhouden, betaalbaar wonen, sociale zekerheid. En gezond verstand. Ik vraag steeds waarom tot er antwoorden komen die iedereen snapt.”

Wat zijn je ambities voor de komende periode? 

“Ik wil me inzetten voor schuldhulpverlening. Er zijn voorbeelden hoe dat eerder en effectiever kan. Dat zou ik in Velsen ook willen. Ik wil me inzetten voor omscholing en matchen van mensen die geen werk hebben maar niet in de kaartenbak van de arbeidsbemiddeling zitten. Er zijn veel meer mensen die een baan zoeken dan nu bemiddeld worden. Ik blijf proberen om voorgelezen boeken beschikbaar te maken zodat iedereen beter Nederlands kan leren.

Ik zet me al tientallen jaren in voor vernieuwende techniek en opleidingen. We hebben banen nodig voor overmorgen. Om mensen aan te trekken die daarin willen werken hebben we openbaar vervoer nodig en theaters en cafés en moeten we het groen koesteren dat er is.

Zo probeer ik de waarden van de PvdA concreet en praktisch te maken.”

Wat wil je graag nog met inwoners van Velsen delen? 

“Om te voorkomen dat mensen tegenover elkaar komen te staan en tegen elkaar worden uitgespeeld is het belangrijk dat we met elkaar blijven praten en oplossingen vinden. Onder boosheid zit vaak een probleem. Daar moeten we het over hebben en dat moeten we oplossen.”